Dringend! Financiers gezocht voor duurste Nederlandse voetbalstadion ooit

Is er wel animo om te investeren in een nieuw stadion voor de Rotterdamse voetbalclub? En hoeveel geld is er al opgehaald? 2019 is het jaar van de waarheid. Drie vragen over de financiering van het nieuwe Stadion Feijenoord.

Investeerders, beleggers, bedrijven en andere geldschieters opgelet. Dit jaar zullen Feyenoord en Stadion Feijenoord bij u aankloppen voor geld, veel geld. Voor de bouw van een nieuw stadion aan de Maas moet er vóór november naast de bankfinanciering van €224 mln nog ruim €153 mln aan aandelenkapitaal worden binnengehaald. Een jaar van de waarheid dus: wie durft het aan om het verreweg duurste voetbalstadion van Nederland te financieren?

De zoektocht naar geld is meteen een lakmoesproef. Voor het geloof in de prestaties van Feyenoord natuurlijk, maar ook voor het geloof in het onlangs bijgestelde ondernemingsplan – in vaktermen de businesscase. Een bijstelling die heeft geleid tot een lagere omzet- en resultaatprognose. Of de markt daarin vertrouwen heeft, moet nog blijken.

Ook in bredere zin is het een cruciale test. Niet alleen wordt er voor het eerst sinds twaalf jaar een groot stadion gebouwd in Nederland, maar het is ook de eerste keer na de financiële crisis en een vastgoedcrisis.

Daarnaast vormt het een testcase voor ‘het verhaal’ Feyenoord City, het omvangrijke plan voor gebiedsontwikkeling in Rotterdam-Zuid waarvan het stadion deel uitmaakt. Die gebiedsontwikkeling is gericht op het sociaal en economisch verheffen van de probleemwijken ‘op Zuid’.

De belangen zijn groot, want zonder nieuw stadion geen Feyenoord City. De vraag is of investeerders zich door die maatschappelijke component laten leiden of alleen kijken naar het financiële rendement dat ze uit het nieuwe stadion kunnen halen.

1. Wat is er tot nu toe aan financiering opgehaald?
Op dit moment nog te weinig. Er is in de afgelopen maanden ook nauwelijks voortgang gemaakt met de financiering, omdat de plannenmakers hun handen vol hadden aan het maken van een nieuw ondernemingsplan, nadat onderzoeksbureau ISG de eerste versie kritisch had geanalyseerd.

Maar er ging vooral aandacht naar de eis van directeur Jan de Jong van Feyenoord, die een gegarandeerde uitkering voor de club uit het nieuwe stadion wilde van €25 mln, €7,5 mln meer dan oorspronkelijk de bedoeling was. Uiteindelijk kreeg hij zijn zin.

Van de totaal benodigde €444 mln (€224 mln bankkrediet en €220 mln eigen vermogen) is er een toezegging voor €67 mln aan eigen vermogen: de gemeente Rotterdam legt €40 mln op tafel en Stadion Feijenoord nv €20 mln. En er is een bedrag van €7 mln aan cumulatief preferente aandelen verkocht.

Van deze ‘cumprefs’ moet er in totaal €100 mln in de markt worden gezet, een taak waarvoor ING Bank is ingehuurd. De resterende €93 mln aan cumprefs moet komen van institutionele beleggers (pensioenfondsen en verzekeraars) en particuliere beleggers.

Daarnaast moet er nog €60 mln aan gewoon aandelenkapitaal worden opgehaald. Volgens het financieringsplan voor de helft op te brengen door sociale investeerders en stichtingen, vooral uit Rotterdam en omstreken. Voor de andere helft heeft Feyenoord zijn oog laten vallen op ‘aan de voetbalclub gelieerde investeerders’.

En dan nog het vreemd vermogen, te financieren door een consortium van banken, onder leiding van de Amerikaanse zakenbank Goldman Sachs. In totaal gaat het om een krediet van €224 mln.

Goldman Sachs is weliswaar akkoord met het bijgestelde ondernemingsplan, maar over de vorming en de samenstelling van een consortium, waaraan ook Nederlandse banken deel zouden moeten nemen, is niets bekend.

2. Is er wel animo bij Nederlandse banken, investeerders en bedrijven?
In een reactie zegt Feyenoord City dat de vorming van een bankenconsortium ‘werk in uitvoering’ is. Of er ook Nederlandse banken meedoen – een wens van de plannenmakers – blijft onduidelijk.

Rabobank is naar verluidt wel benaderd, maar zegt momenteel ‘niet deel te nemen aan de financieringsgesprekken’. ABN Amro laat via een woordvoerder weten ‘open te staan’ voor deelname, ‘als er een goede businesscase ligt’. ING wil er niets over zeggen.

BNG, dat in 2017 meedeed aan een herfinanciering van het Heerenveen-stadion, doet dat volgens een woordvoerder alleen als er sprake is van een overheidsgarantie. En daarvan is bij het nieuwe Feyenoord-stadion geen sprake.

Is er interesse voor de aandelen en de cumprefs? Feyenoord City zegt dat er ‘individuele gesprekken met investeerders worden gepland’. Er is optimisme, want het ondernemingsplan is rond en het voorlopig stadionontwerp is aangepast. Wat betreft het plaatsen van de cumprefs is er het ‘volste vertrouwen’ dat er voldoende belangstelling is.

Nederlandse institutionele beleggers lijken echter niet geïnteresseerd in de cumprefs. De verzekeraars NN, Aegon en ASR – de laatste twee waren ooit shirtsponsors in het voetbal – geven in een reactie aan geen belangstelling te hebben.

‘NN investeert niet in stadions’, zegt een woordvoerder van NN. ‘We zijn niet benaderd en hebben ook geen interesse’, laat Aegon weten. En ASR zegt: ‘Cumprefs of aandelen in een voetbalstadion passen vanwege het hoge risicoprofiel en het illiquide karakter minder goed in een beleggingsportefeuille.’

De twee grootste pensioenbeleggers, APG en PGGM, zijn evenmin enthousiast. APG zegt bij zijn beleggingen vooral te kijken naar ‘een optimale mix van risico, rendement, kosten en duurzaamheid’. PGGM laat weten ‘op geen enkele manier benaderd te zijn’.

ING, de verkoper van de cumprefs, doet er het zwijgen toe welke partijen dan wel belangstelling hebben.

Feyenoord gaat er van uit dat een deel van de investeerders in cumprefs kiest voor een beloning in ‘belevingsrechten’ in plaats van geld, bijvoorbeeld het recht op een zitplaats. In het actuele plan is in ieder geval het bedrag aan cumprefdividend verlaagd, waardoor er meer kan overblijven voor gewone aandeelhouders.

Voor de gewone aandelen wordt onder andere gemikt op de Rotterdamse maatschappelijke investeerders en stichtingen. Rotterdam heeft daar een traditie in, maar tot nu toe hebben deze partijen niets voor het nieuwe stadion in het vooruitzicht gesteld. Stichting Volkskracht, het grootste Rotterdamse fonds, heeft eerder aangegeven geen geld in het stadion te willen steken.

Ook uit de hoek van de ‘Vrienden van Feyenoord’, een groep ondernemers die de club in 2012 heeft gered, is het stil.

3. Hoe zijn andere stadions aan hun financiering gekomen?
Een blik op stadionfinancieringen in de afgelopen decennia leert dat er vaak een groot aantal partijen nodig is om het geld bij elkaar te krijgen.

Het duurste stadion tot nu toe, de Johan Cruijff Arena, kostte in 1996 omgerekend €127 mln (kale bouwkosten, zonder inrichting). Voor de financiering werd naast de banken een beroep gedaan op de gemeente Amsterdam, het toenmalige ministerie van WVC, de vereniging Ajax, private investeerders en zogeheten founders.

Tot die laatste categorie behoorden onder meer Grolsch, Philips, BAM, Ballast Nedam, KPN, Coca-Cola en ABN Amro. Zij kregen in ruil voor een financiële bijdrage leveringsrechten of ‘exposurerechten’.

Bij Gelredome in Arnhem was er naast de banken sprake van een combinatie van bedrijven (ook weer founders genoemd), overheden (rijk, gemeente, provincie), de Gelderse Ontwikkelingsmaatschappij en zelfs de Europese Unie.

Die complexe financiering heeft waarschijnlijk te maken met de aard van voetbalstadions, waar emotionele overwegingen en maatschappelijke en regionale belangen een grote rol spelen. Vanuit financieel perspectief zijn stadions geen top-investering. De inkomsten hangen sterk af van de sportieve prestaties van de thuisclub; wel of geen Europees voetbal maakt een groot verschil.

Of het nieuwe Feyenoord-stadion ook zogenaamde founders krijgt, is nog onduidelijk. Zijn Rotterdamse iconen als Vopak, Unilever, ECT, Coolblue en Robeco daartoe te verleiden? Of zullen enkel regionale bedrijven zich hiertoe geroepen voelen?

Sinds de laatste stadions gebouwd werden, zijn de tijden veranderd. Grote bedrijven, ook die in Rotterdam, zijn veel kieskeuriger geworden in hun maatschappelijke ondersteuning. En bij Feyenoord gaat het dan ook nog om veel meer geld dan vroeger.

FD.nl