De Kuip als middelpunt van nieuw, creatief Rotterdams stadsbeleid

HP/De Tijd treedt voor de gemeenteraadsverkiezingen van woensdag 21 maart buiten de grachtengordel om te kijken wat er in den lande speelt. Neem Rotterdam, de tweede stad van Nederland. De stad vraagt om een nieuwe vorm van politiek. Stadsinitiatief Rotterdam is een partij die het allemaal nét iets anders aan wil gaan pakken in de Maasstad.

Denk aan Rotterdam en je komt al snel terecht bij Feyenoord, de grootste volksclub van voetballend Nederland. De club is afgelopen jaar weer kampioen geworden, maar loopt al jaren tegen de eigen grenzen aan. Dat moet anders, vinden Rotterdammers, en met hen de lokale politiek.

Er komt een geheel nieuw stadion voor 420 miljoen euro, waarvan 135 miljoen euro een kostenpost voor de belastingbetaler is. Dat kan anders, denken Jos Verveen en zijn Stadsinitiatief. “De Kuip is slechts een voorbeeld van een uitdaging die een creatieve aanpak vereist.”

De eerste echte zonnige zaterdagmiddag van het jaar. In Rotterdam-Zuid begeven zich de eerste supporters al naar stadion De Kuip voor de wedstrijd van vandaag, tegen AZ. Veelal te voet, zoals dat al dik tachtig jaar gebeurt. Een ietwat ongewone verschijning in de schaduw van het stadion is een grote, knalgele Amerikaanse schoolbus, van waaruit de nieuwe partij Stadsinitiatief Rotterdam flyers uitdeelt.

Stadsinitiatief profileert zichzelf als een ‘apolitieke’ partij die geleid wordt door Verveen (ex-D66). Op deze Rotterdamse heilige grond, te midden van de Feyenoord-supporters, wordt een mogelijke oplossing voor het geharrewar rond dit iconische stadion gepresenteerd. Emeritus-hoogleraar prof.dr.ir. Hennes de Ridder staat buiten de bus geestdriftig op een flipboard te tekenen, een kleine menigte verzamelt zich rondom hem.

De Kuip als voorbeeld
Zijn oplossing voor De Kuip is er eentje van een kinderlijke eenvoud: verlaag het veld met vier meter, maak om de vrijgekomen ring een gedeelte met VIP-boxen, restaurants en andere horeca, en je verdient de kosten – geraamd op 30 miljoen euro – binnen een paar jaar terug.

“Door het plan van professor De Ridder te presenteren laten we zien dat het veel te dure plan voor het nieuwe stadion niet de enige oplossing is,” stelt Verveen. “Er zijn ook andere mogelijkheden die het overwegen waard zijn. Met het overheidsgeld dat nodig is voor een nieuwe stadion, kunnen we bovendien veel meer doen voor Rotterdam.”

Omstanders reageren kritisch, maar overwegend positief op de presentatie. Dat het stadion dan met potentieel 55.000 zitplaatsen het grootste van Nederland zou worden – juist, groter dan de ArenA in ‘020’ – geeft de doorslag voor een paar jongere supporters. In plat Rotterdams klinkt het: “Nou, vooruit dan maar: we doen ‘t!”

Ambassadeurs in plaats van ‘beroepspolitici’
De schoolbus van Stadsinitiatief is in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen in de Maasstad op meerdere plekken in de stad te vinden, maar waar zit hem dat apolitieke, waar Stadsinitiatief zo prominent mee adverteert? “We proberen ons daadwerkelijk tussen de Rotterdammers te begeven en ervoor te zorgen dat mensen meedenken,” vertelt Verveen. “Veel problemen zijn eenvoudig op te lossen, maar daarvoor moet er wel geluisterd worden naar de mensen die er verstand van hebben.”

Dat tracht Stadsinitiatief Rotterdam te doen door middel van het aanstellen van ambassadeurs, in plaats van wat Verveen ‘beroepspolitici’ noemt. “Op onze lijst staan deskundige Rotterdammers, die allemaal een eigen specialisme hebben. Zo hebben we een huisarts uit Crooswijk, maar ook een jongerencoach uit dat gedeelte van de stad, of een skater en een advocaat sociaal recht. Rotterdam is een enorm diverse stad met 171 verschillende nationaliteiten en dat vereist natuurlijk een lijst van kandidatenaanpak die toegang hebben tot deze diversiteit.”

Cultuur als kweekvijver
Een flink aantal van de altijd groeiende lijst met Verveens ‘actiepunten’ in de Maasstad heeft met cultuur te maken.

De lijsttrekker, zelf afkomstig uit de creatieve sector, legt het belang hiervan uit. “Creatief beleid begint met een gezonde culturele sector. Daarom willen we ook dat het kunst en- cultuurbudget eerlijker verdeeld wordt. Zodat er een zo divers mogelijk publiek bereikt kan worden. Maar ook kleinere initiatieven als een kleine financiële ondersteuning voor kroegen die live-optredens willen gaan aanbieden. Dat draagt bij aan de levendigheid in het uitgaansleven.”

Die levendigheid is ontzettend belangrijk voor iedere stad, stelt hij. “In het uitgaansgebied is het lastig schipperen tussen wat omwonenden willen en wat de uitbaters in de horeca willen. Zo zijn wij op het idee voor flexibele horecatijden gekomen. De gedachte daarachter is dat de overlast juist beperkt wordt doordat niet iedereen meer om dezelfde tijd naar huis gaat, maar gespreid. In de horeca is er aardig wat draagvlak voor dit plan, er zijn zelfs kroegbazen die in hun contract met de gemeente willen zetten dat zij er persoonlijk voor instaan dat hun gasten bij het weggaan geen overlast veroorzaken.”
Rotterdam als voorbeeld voor andere Europese steden

De afgelopen jaren zit Rotterdam weer in de lift, maar volgens het Stadsinitiatief kan het nog beter. Verveen: “Neem bijvoorbeeld het huidige beleid dat 65-plussers gratis met de RET mee mogen in de gehele stad. Dat klinkt heel nobel, maar als je een goed pensioen hebt is gratis openbaar vervoer geen noodzaak.” Verveen en zijn club willen juist bijstandsgerechtigden, gezinnen, ZZP-ers en eenoudergezinnen gratis met het openbaar vervoer laten reizen.

Een ander idee is een wijkconciërge in iedere wijk, die een gericht aanspreekpunt kan zijn — bijvoorbeeld omtrent zaken als grofvuil. Verveen: “Die inwoners die in de problemen dreigen te raken ook door kan verwijzen naar de juiste hulpverlener.”

Verveen wil 1 procent van de totale begroting van de gemeente Rotterdam van 3,5 miljard euro reserveren om sociale en maatschappelijke initiatieven uit de stad, wijk of straat te ondersteunen. Eénmalig, want daarna moeten de initiatieven op eigen benen kunnen staan. Hier komt ook Europa om de hoek kijken. “Voor deze en andere initiatieven kunnen we ook de hulp van Europa goed gebruiken,” stelt hij. “Door het innovatiebudget van Rotterdam door Europa te laten verdubbelen, kunnen we meer van onze plannen verwezenlijken en hopen we dat andere steden in Europa iets leren van onze aanpak.”

Allemaal Rotterdammers
Deze Europese samenwerking moet Rotterdam meer brengen dan de laatste Champions League-campagne van Feyenoord, maar Verveen is hoopvol doordat de Rotterdammers in zijn ogen verbonden zijn. “Als je twee op het oog totaal verschillende inwoners, arm en rijk, hier geboren en getogen of nieuw in Rotterdam, tegenover elkaar zet, ontstaat er toch iets.”

De woorden van Verveen kunnen eigenlijk niet beter worden geïllustreerd door de immer aanzwellende menigte rondom het stadion. ‘De Rotterdammer’ is hier in al zijn kleurrijke diversiteit aanwezig. Stadsbewoners van allerlei pluimage komen hier hun geliefde club zien, in hun geliefde oude stadion. Precies zoals het hier al meer dan tachtig jaar gaat en — althans als het aan de meerderheid hier ligt — nog minstens tachtig erbij.

HP/De Tijd