Negen misverstanden rond Feyenoord City

Pieter Verkaik ziet de gemeente en Feyenoord als lemmingen achter Feyenoord City aan trippelen en wil positieve ‘framing’ ontmaskeren

In september 2016 start een artikel in de NRC als volgt: Hoofdpijndossier De Kuip. Na bijna tien jaar plannenmakerij is er nog steeds geen nieuwe voetbaltempel in zicht. Renovatie wilde de directie nooit. We zijn nu 2,5 jaar verder en nog altijd is er sprake van een hoofdpijndossier. Nog altijd er is niet serieus naar uitbreiding van het huidige stadion gekeken. Nog altijd is men in de voorbereidingsfase en is alles onzeker. Het grote verschil met 2016: bij de Rotterdamse belastingbetaler is de aandacht voor dit hoofdpijndossier weg nadat de gemeenteraad vorig jaar hoge financiële steun toezegde. Het is bijzonder dat die aandacht weg is, want het totale project (kosten: 1,4 miljard euro) is de grootste gebiedsontwikkeling in Rotterdam sinds de Tweede Wereldoorlog. Maar de bouw van het nieuwe stadion en de door de gemeente daaraan gekoppelde ontwikkeling van Rotterdam-Zuid is nog geen gelopen race. Ondertussen verhardt de sfeer op Zuid. De projectgroep Feyenoord City komt samen met het college van B&W steeds verder tegenover de betrokkenen vanuit de supporterswereld, een enkel raadslid en de omwonenden te staan. De kritieken van die laatste groep worden vaak afgedaan als op emotie gebaseerde non-argumenten. De waarheid is echter dat er vanuit Feyenoord City veel halve waarheden of ronduit onjuiste informatie verstrekt wordt. De onrust die daaruit ontstaat wordt maar niet weggenomen. Daarom zal in deze long read ingegaan worden op de negen grootste misverstanden rond Feyenoord City, inclusief uitleg hoe het dan wél zit.

MISVERSTAND 1: HET ZIJN NOSTALGICI DIE VASTHOUDEN AAN DE KUIP

Sentimentele supporters zouden kostte wat kost vast willen houden aan ‘hun’ Kuip en daarmee de ontwikkeling van Feyenoord tegenhouden. In de Kuip valt geen geld meer te verdienen, nieuwbouw zou nodig zijn om weer zwarte cijfers te kunnen schrijven.

Oké, laten we cijfers van vorig jaar er eens bij pakken. In oktober 2017 publiceert de voetbalclub onder de titel Miljoenenwinst en recordomzet voor Feyenoord de financiële resultaten over het seizoen 2016-2017. De club heeft een nettowinst van ruim zes miljoen euro behaald en een omzet die nog nooit zo hoog is geweest (bijna zeventig miljoen). Tegelijkertijd maakt het Stadion Feijenoord, een op zichzelf staande vennootschap waar Feyenoord huur aan betaalt om gebruik te mogen maken van het stadion, een verlies van 1 miljoen euro. De reden, aldus stadiondirecteur Jan van Merwijk: “De cijfers zijn net als vorig jaar rood vanwege het feit dat we de voorbereidingskosten voor het nieuwe stadion in de winst- en verliesrekening hebben opgenomen.” Oftewel: zowel club als stadion maken miljoenenwinsten.

Economen, huismoeders, architecten, fanatieke supporters, ambtenaren, (oud-)politici: de personen die zich inhoudelijk hebben verdiept in de business case (en overige documentatie) van Feyenoord City, zijn over het algemeen zonder vooringenomenheid de documenten gaan doorspitten. De reden is dat zij allemaal het beste willen voor Rotterdam. Zij zien liever een topclub mét nieuw stadion dan een tobclub in de Kuip. Al lezende zijn er bij die groep steeds meer vraagtekens gerezen en die vragen willen de betrokkenen beantwoord zien. Maar antwoorden komen er niet. Veel gegevens zijn door Feyenoord zelf als ‘vertrouwelijk’ bestempeld, waardoor veel deskundigen nooit de mogelijkheid hebben gehad een goed beeld van de situatie te vormen. De weerstand die er bij hen is, heeft niets te maken met nostalgie. Het heeft álles te maken met vertrouwen, dat is er niet. De gemeenteraad van Rotterdam heeft om die reden vorig jaar – toen het akkoord ging met financiële ondersteuning voor het project – een aantal aanvullende beloftes geëist. Deze staan in de ‘position paper’ (op dit document kom ik later in dit stuk nog terug).

Met de kreet van nostalgie kun je niet vreten wordt iedereen die vragen stelt over Feyenoord City sowieso populistisch in de hoek gezet. Maar het is helemaal niet zo dat iedereen vast houdt aan de Kuip zoals die ooit was. Want wie de geschiedenis van het stadion een beetje kent, weet dat er continu aan het stadion gesleuteld is sinds de opening van het stadion in 1937. Het stadion zag er toen anders uit dan in 1951, 1963, 1975, 1987 of 1999. Dat is een gegeven en ook volkomen logisch: de bezoeker in 1999 stelt hele andere eisen aan het stadion dan de bezoeker in 1951. Ook qua veiligheidseisen is er veel veranderd. Wat opvalt in die ontwikkelingen: vroeger was echt niet alles beter, verre van zelfs! Zo zijn wij maar wat blij dat we sinds 1994 droog kunnen zitten.

Conclusie: we zijn niet tegen verandering en verbetering, we zijn niet overtuigd dat dit verbetering is.

MISVERSTAND 2: DE KUIP IS VEROUDERD

De Kuip heeft zijn beste tijd gehad. Om mee te gaan met de tijd is het noodzakelijk om een nieuw stadion te bouwen, het metaal kan ook niet eeuwig meer mee. De renovatie en uitbreiding van 1994 was echt het laatste dat het stadion nog aankon.

In 2013 weten de onderzoeksjournalisten van De Groene Amsterdammer te citeren uit een geheim rapport van TNO uit 2005. Het onderzoek van TNO gaat over de levensduur van de Kuip en heeft ten doel antwoord te geven op de volgende onderzoeksvragen: “Binnen welke tijd is technisch gezien de bouw van een nieuw stadion onafwendbaar?” en “Is de bestaande basis voldoende om een upgrade aan toe te voegen?”

Hoewel het rapport niet openbaar is gemaakt, heeft de Groene Amsterdammer gelukkig niet alleen de onderzoeksvragen, maar beschikte men ook over de door TNO geformuleerde antwoorden. Lees en oordeelt u zelf, u zult dan wellicht ook opeens begrijpen hoe het mogelijk is dat Feyenoord City gepland heeft om luxeappartementen bovenin die verouderde Kuip te gaan bouwen:

“Ad 1. Uit de quick scan volgt dat de levensduurverwachting van het stadion niet gelimiteerd is en dus nog minimaal 50 jaar bedraagt. Ad 2. Aan de bestaande basis kunnen verschillende upgrades worden toegevoegd, zodat in de toekomst nog steeds voldaan wordt aan de eisen. Algemeen: De verwachting is dat het einde van de levensduur van het stadion niet bepaald wordt door de constructie van het stadion maar door de omliggende infrastructuur en de in de tijd veranderende gebruikseisen.”

MISVERSTAND 3: MET FEYENOORD CITY IS ER AANDACHT VOOR DE BEWONERS EN ONTWIKKELING VAN DE WIJKEN OP ZUID

Gedurende de twintigste eeuw is Feyenoord het contact met de buurt verloren. De club werd groter en groter en de bevolkingssamenstelling van de omliggende buurten veranderde. Feyenoord City biedt de club dé kans om de contacten weer te herstellen en een boost te geven aan de ontwikkeling van de wijken.

Opvallend in deze redenering is dat het juist het grotere stadion (de Kuip) was dat ervoor zorgde dat de club onbereikbaarder werd voor de omgeving. Met name fysiek: de club kwam in een polder buiten de bebouwing terecht. Ook bij Feyenoord City zal het contact met de omwonenden verminderen. De verbetering van de faciliteiten zullen immers worden betaald door de toeschouwer. De prijzen gaan dus stijgen. In het nieuwe stadion is het zelfs zo goed geregeld voor de geldschieters dat er geen contact meer hoeft te zijn met de bewoner van Zuid: met de auto rij je rechtstreeks naar de garage onder het veld en na afloop rij je in één keer weer de stad uit. Contact met de bewoner van Zuid hoeft er dus niet te zijn. Ook niet langs het veld, waar in de Kuip op dit moment de goedkoopste plaatsen te vinden zijn (je kan er nu nog natregenen). In het nieuwe stadion zijn de mensen die weinig te besteden hebben verdreven naar de plaatsen het verst van het veld af.

Het is opmerkelijk dat de gemeenteraad van Rotterdam de illusie heeft dat met het investeren in vastgoed de sociale problemen van Rotterdam-Zuid worden opgelost. Feyenoord City zelf heeft al langer door dat dat een illusie is, maar zonder zo’n sociaal gezicht is er geen gemeentelijke steun mogelijk. Feyenoord City heeft dus aansluiting gezocht bij al langer lopende projecten, die met succes aandacht geven aan de bewoner. Zo staat Feyenoord City in zeer intensief contact met het Nationaal Programma Rotterdam Zuid, een in 2011 door de regering gestart traject om de sociaaleconomische achterstanden van de wijken op Zuid weg te werken. Doel van het NPRZ is om in twintig jaar de achterstanden die er waren op velerlei gebied te hebben weggewerkt. De aandacht voor mensen staat in dat programma centraal. Immers: alles wat je aandacht geeft, groeit. En dat lukt, staat nu op de website van het NPRZ te lezen: “Zo stijgen de CITO-scores en lopen de leerlingen van Zuid in op de leerlingen elders in Rotterdam en de G4. Bovendien kiezen meer leerlingen voor een opleiding met een gezond perspectief op een baan in de zorg en techniek. Het percentage uitkeringsgerechtigden is weliswaar nog onvoldoende gedaald, maar Zuid loopt wel in op de G4. Verder stijgen de WOZ-waarden op Zuid en is een sterke start gemaakt met het aanpakken van de verpauperde particuliere woningvoorraad. Ook laten woningzoekenden van de noordoever, maar ook van buiten Rotterdam, steeds vaker hun oog vallen op een woning op Zuid.”

Best bijzonder, dat er zoveel te bereiken is in zeven jaar tijd. En dat allemaal zonder dat er ook maar één euro is geïnvesteerd in het vastgoed van een voetbalstadion aan de rand van het stadsdeel.

MISVERSTAND 4: DE GEMEENTERAAD ZAL DE STEUN VOOR FEYENOORD CITY TERUGTREKKEN ALS HET GEEN REALISTISCH PROJECT BLIJKT TE ZIJN

In de ‘position paper’ staat een aantal harde deadlines genoemd. De gemeenteraad heeft in dit document allerlei deadlines op laten nemen om zicht te houden op de planning en om Feyenoord City op een aantal belangrijke verantwoordelijkheden te wijzen. Doel daarvan is om het financiële risico voor de gemeente te minimaliseren. De vele miljoenen gemeenschapsgeld gaat de gemeente dus alleen in het project stoppen wanneer Feyenoord City op tijd laat zien dat het een realistisch project is. Kortom: iedere deadline die niet gehaald wordt, is het waard om in de gemeenteraad te bespreken. Daarbij is de ultieme waarschuwing afgegeven, dat bij niet-presteren in het uiterste geval de stekker uit het project wordt getrokken. De verhoudingen zijn dus duidelijk.

Het is algemeen bekend dat hoe langer een project duurt, hoe moeilijker het wordt om de stekker er nog uit te trekken. Helemaal wanneer de eerste deadlines niet gehaald worden en de politiek weigert daar gevolgen aan te verbinden, loopt de schade bij grote infrastructurele projecten in Rotterdam al snel in de tientallen miljoenen. De gemeente komt aan steeds meer afspraken vast te zitten en een weg terug is op een gegeven moment niet meer mogelijk.

Je zou dus zeggen dat de gemeenteraad in het begin van dit miljardenproject er als de kippen bij is wanneer een bepaald dossier niet door Feyenoord City op tijd opgeleverd is. Waarom is het niet gelukt? Het antwoord op die procesmatige vraag zou je toch wel willen weten, je hebt immers duidelijke afspraken gemaakt over het proces. Maar de politieke werkelijkheid is anders. Wanneer er begin januari nog geen ‘mobiliteitscontract’ ligt, wil de Rotterdamse gemeenteraad daar niet moeilijk over gaan doen. Want ja: als je bij de eerste de beste deadline er al met elkaar over in gesprek moet gaan…. Slechts een paar raadsleden willen hier wél over in debat met elkaar, maar de meerderheid van de Rotterdamse gemeenteraad vindt dat maar populistisch en weigert er over te spreken.

En dat is opvallend. De gemeenteraad ziet dat stadion zó graag verschijnen, dat de door hen zelf opgestelde afspraken terzijde worden geschoven. Er wordt niet eens gevraagd waarom het Feyenoord City niet lukt om op tijd het mobiliteitscontract af te hebben. Wat dan weer volgens wethouder Adriaan Visser helemaal niet zo erg is, want plotseling is niet iedere afspraak meer even hard…

De conclusie is dus dat de gemeenteraad wel mogelijkheden heeft om de steun in te trekken, maar dat men die op dit moment nog niet wil gebruiken. En over een aantal maanden is er al tientallen miljoenen aan kosten gemaakt en heeft de nu al tot op het bot verdeelde gemeenteraad al zoveel over het hart gestreken, dat het de vraag is of men dan überhaupt ooit nog wel eens durft te stoppen met dit project.

MISVERSTAND 5: DE GEMEENTE GAAT EEN METROLIJN AANLEGGEN TUSSEN ROTTERDAM-OOST EN ROTTERDAM-ZUID

Feyenoord City zet heel erg in op het openbaar vervoer én blijft benadrukken dat het nieuwe stadion voor Rotterdam-Zuid essentieel is voor haar ontwikkeling. Een extra metroverbinding gaat beide doelen ondersteunen. Immers: wie is er níet voor een zeer milieuvriendelijke extra metrolijn die de bewoners van Zuid in staat stelt om makkelijker in andere delen van de stad te gaan werken?

Er is alleen één probleem: geld. De miljarden euro’s die er voor nodig zijn die zijn er niet. Niet in de begroting van de gemeente Rotterdam, niet bij de provincie of regering en al helemaal niet bij Feyenoord City. In de OV-visie Rotterdam 2018 – 2040 is te lezen dat er nu eigenlijk al te weinig geld is om de bestaande OV-voorzieningen in de stad goed te onderhouden. Wanneer het gaat over een verbinding tussen Zuid en Oost, dan gaat het vooral over een snellere busverbinding via de bestaande Van Brienenoordbrug. Want er is zeker ‘railpotentie’ tussen Zuid en Oost maar hoe dat systeem er uit gaat zien en ingepast moet worden in de stad weet men nog niet. Oftewel: het gaat in de visie dus niet concreet over het aanleggen van een metrolijn. Daar is namelijk geen geld voor en de plannen zijn nog te vaag om er iets zinnigs over te kunnen zeggen. Maar noemt men dit bij Feyenoord City als mogelijke maatregel om de mobiliteit te verbeteren…

In de OV-visie is trouwens te lezen hoeveel slechter de OV-verbindingen zijn op Zuid ten opzichte van Noord. Op Zuid verplaats je je veel moeilijker van A naar B dan je in de andere kant van de stad doet. Dat is schrikbarend. De gemeente mag sowieso aan de slag voor betere OV-verbindingen op Zuid. Het is alleen niet duidelijk waarom dit van Feyenoord City afhankelijk moet zijn. Ook zonder nieuw stadion verdienen de bewoners op Zuid een goed OV-netwerk en daarmee een veel groter bereik van potentiële werkgevers.

MISVERSTAND 6: OOK IN DE JAREN ’30 WAS IEDEREEN TEGEN HET NIEUWE STADION

Het wordt ons regelmatig voor de voeten geworpen: ‘als voorzitter Van Zandvliet in de jaren dertig had geluisterd naar de supporters, zou de Kuip helemaal nooit gebouwd zijn.’ Oftewel: de Feyenoord City-critici staan aan de verkeerde kant van de geschiedenis, want dat stonden de tegenstanders in de jaren dertig ook.

Allereerst is het de vraag of Van Zandvliet wel zo’n grote tegenstand had. Wanneer u de grootse plannen van Van Zandvliet vergelijkt met de grootse plannen van Feyenoord City, vergelijk dan ook de sportieve situatie. Het voetbal in Rotterdam is mateloos populair in de jaren dertig, Feyenoord speelt in die jaren regelmatig in het stadion van concurrent Sparta omdat er daar twee keer zoveel toeschouwers bij kunnen. En ook dan is het uitverkocht. De club is enorm succesvol en wordt afdelingskampioen in 1926, 1927, 1928, 1929, 1931, 1932, en 1933. U leest het goed: alleen in 1930 wordt Feyenoord geen afdelingskampioen (wél wint ze dat jaar de KNVB-beker). Wanneer u de grootse plannen van Zandvliet dus vergelijkt met de grootse plannen van Feyenoord City, vergelijk dan ook eens de sportieve situatie. Waar er tóen dringend behoefte was aan een groter stadion dat paste bij de sportieve prestaties van Feyenoord, is die noodzaak er nu niet.

Een ander verschil tussen Van Zandvliet en Feyenoord City is de financiële geloofwaardigheid. Van Zandvliet sprak vrienden en investeerders aan en de banken waar hij naar binnen liep waren onder de indruk van het door een voetbalclub gespaarde kapitaal. Al snel ging men aan de slag. Toen de gemeente geen geld bleek te hebben om de beloofde toegangswegen aan te leggen, leende hij de gemeente dat geld. Van Zandvliet zorgde ervoor dat het stadion niet te afhankelijk werd van welke partij dan ook. Tussen ontstaan van het idee (1931) en oplevering van het stadion (1936) zaten vijf jaar. Vergelijk dat eens met Feyenoord City, dat geen enkele Nederlandse bank weet te overtuigen om geld uit te lenen. Ook lukt het Feyenoord City maar niet om voldoende bedrijven aan zich te binden en zij die zich wel binden, kennen de benauwde onderhandelingspositie van Feyenoord City. Tussen ontstaan idee (2006) en nu (2018) zitten twaalf jaar en er is nog geen steen verplaatst. De situatie van toen is dus absoluut niet te vergelijken met de situatie van nu.

MISVERSTAND 7: FEYENOORD CITY ZORGT VOOR EEN BETERE BEREIKBAARHEID EN MINDER PARKEEROVERLAST VOOR DE OMWONENDEN

Eén van de grootste eisen die de gemeenteraad in de ‘position paper’ stelde is een oplossing voor het ‘vervoersprobleem’. Hiermee doelt men op de files rondom het huidige stadion die ontstaan wanneer er een evenement wordt georganiseerd en op de door buurtbewoners ervaren parkeeroverlast. Een vervelende situatie voor de bewoners, maar Feyenoord City gaat de problemen aanpakken.

Je dus zou verwachten dat er in de nieuwbouw flink geïnvesteerd gaat worden in parkeerruimte. Maar niets van dat alles: het aantal parkeerplaatsen wordt juist teruggebracht (terwijl het aantal zitplaatsen in het stadion met ruim 15.000 toeneemt). Bezoekers worden verplicht om óf heel erg dure parkeerkaarten te kopen óf om buiten de stad (op meer dan vijf kilometer afstand) betaald te parkeren. Daar worden parkeerplaatsen aangelegd en dan brengen busjes de bezoekers naar het stadion. Dan vraag je je af: waarom regelt Feyenoord dat niet nu al? Dit idee is namelijk niet afhankelijk van een ander stadion. De reden: geld. Het aanleggen van parkeerterreinen en aanbieden van vervoer kost geld en tegelijkertijd zit er geen stadionbezoeker op te wachten. Dat geld heeft Feyenoord noch de gemeente er dus voor over. Waarom het dan met Feyenoord City toch gaat gebeuren, heeft te maken met de locatie van het nieuwe stadion.

Je verwacht namelijk dat het nieuwe stadion op een goed bereikbare locatie komt te staan. Dicht bij alle uitvalswegen zodat iedereen vlot op de snelweg zit. Maar de nieuwe locatie is vooral gekozen vanuit prestigeoogpunt: aan de rivier. De nieuwe locatie is verder bij zowel de snelweg als het treinspoor vandaan. De nieuwe locatie heeft één weg langs het stadion lopen, die gaat van het huidige stadion naar het centrum. De locatie de Kuip heeft drie wegen om het stadion heen waardoor je alle kanten op kan en ook het spoor ligt tegen het stadion aan. Vervoerskundig is de nieuwe locatie dus een dramatische keuze. Zie hier ook de reden dat Feyenoord zich plotseling betrokken voelt bij een mogelijke metro tussen Rotterdam-Oost en Feyenoord City. Dan kunnen er ook daar parkeerplaatsen worden gebruikt, want op Zuid alleen gaat het simpelweg nooit goed komen.

MISVERSTAND 8: DE PROJECTGROEP FEYENOORD CITY IS IN GESPREK MET OMWONENDEN, SUPPORTERS EN BELANGENVERENIGINGEN

Alles wat Feyenoord City doet heeft een breed gedragen karakter. Er worden veel avonden georganiseerd voor iedereen die inspraak wil hebben. Iedereen kan op die avonden zijn of haar ideeën delen en de consultants van Feyenoord City luisteren daar goed naar.

Er worden absoluut avonden georganiseerd. Maar wat er ook aan ideeën en suggesties uit die avonden komt: op sommige onderwerpen bepaalt Feyenoord City zelf wat het gaat worden. Het is schijninspraak, het zijn gesprekken voor de bühne. Graag illustreer ik dat met een voorbeeld.

Ik ben laatst zelf aanwezig geweest bij zo’n avond. Het thema: mobiliteit. Hoe ziet de reis van de stadionbezoeker eruit? Verschillende groepjes (autobezitters/ov-gebruikers/(visueel) gehandicapten) werden door Feyenoord City ondervraagd en het was een heel constructieve avond. De inzichten die de consultants van Feyenoord City opdoen op zo’n avond worden meegenomen in het uiteindelijke ontwerp van het stadion en omgeving. Dat is althans wat men zegt.

De autobezitters gaven unaniem aan dat de belangrijkste reden om met de auto te gaan de vrijheid is. Je vertrekt thuis zelf hoe laat je wilt, je vertrekt ook weer uit het stadion wanneer je wilt. Je parkeert daar waar je het zelf prettig vindt, rekening houdend met de loopafstand naar het stadion en de eventuele files na afloop. Niemand ervaart problemen. Niemand zit te wachten om op vijf kilometer afstand van het stadion te moeten gaan parkeren om dan in een bus te stappen die jou (pas als de bus vol is) naar het stadion brengt. Ook na afloop wil niemand op een bus moeten wachten. Maar wat doet Feyenoord City? Het zet de bestaande plannen om alle stadionbezoekers ‘op afstand te laten parkeren’ door en roept tegelijkertijd dat alle plannen met supporters zijn besproken. Dat die supporters het er absoluut niet mee eens zijn en er allerlei (hier niet genoemde) redelijke argumenten tegenin brengen, wordt niet verteld. Er is een gesprek geweest en daarmee voldoet Feyenoord City aan de verwachtingen van de gemeente. Luisteren hoeft volgens Feyenoord City namelijk nog niet te betekenen dat je ook echt iets met de verkregen informatie moet doen (en al helemaal niet wanneer die informatie haaks staat op wat er ooit aan doelstellingen aan de gemeente is beloofd).

Ook met de buurtbewoners zou Feyenoord City in intensief contact staan, maar laatst bleek nog dat de voorzitter van de bewonersvereniging nog niet één keer over het mobiliteitscontract met Feyenoord City heeft kunnen praten. Wel is er contact geweest over lopende zaken in de huidige situatie, maar als het gaat om het nieuwe stadion Feyenoord City is er geen enkel overleg met de bewoners geweest. En dat is opvallend, want Feyenoord City gaat toch echt over de toekomst.

MISVERSTAND 9: FEYENOORD EN DE GEMEENTE GAAN ER FINANCIEEL OP VOORUIT DOOR FEYENOORD CITY

Voor Feyenoord is het in het nieuwe stadion mogelijk om veel meer evenementen te organiseren en dus geld te verdienen. Voor de gemeente is Feyenoord City een werkgelegenheidsproject en ook krijgt de gemeente volgens wethouder Visser veel geld terug uit de huuropbrengsten van de grond onder het stadion.

In eerste instantie (eind 2016) maakt de analyse van de maatschappelijke kosten en baten van Feyenoord City één ding duidelijk: een half miljard euro positief voor de gemeente. Investeren in Feyenoord City is dus lonend. Maar direct bij publicatie is al duidelijk dat deze cijfers gebaseerd zijn op het meest ideale scenario: ieder evenement en iedere wedstrijd in het stadion is uitverkocht en alle bezoekers zijn al enkele uren voor de wedstrijd aanwezig en geven rondom het stadion hun geld uit. Oftewel: waardeloze cijfers. Uit de ‘worst case scenario’ die vervolgens moest worden opgesteld door hetzelfde adviesbureau (dus met minder bezoekers en daardoor ook lagere werkgelegenheid) blijkt dat er 24 miljoen euro positief over blijft. Van 500 miljoen naar 24 miljoen euro, beide bedragen zijn uitersten maar het geeft heel goed aan wat een goed-nieuwsshow het eerste rapport was. Het heeft vijf maanden geduurd voordat het tweede rapport uitkwam en al die tijd is het positieve scenario als waarheid aangenomen. PR-technisch een heel slimme zet van de organisatie achter Feyenoord City.

Terug naar waar dit allemaal om begonnen is. Laten we dus even kijken wat het Feyenoord gaat brengen, want de eis van Leefbaar Rotterdam (bij het instemmen met de 135 miljoen euro gemeentesteun) is dat het spelersbudget dankzij het nieuwe stadion groeit tot 28 miljoen euro. Op dit moment is dat spelersbudget 17,8 miljoen. Onafhankelijk onderzoek laat zien dat de eis van Leefbaar alleen in het meest positieve scenario uit zal komen. Feyenoord City hanteert uiteraard alleen het meest positieve scenario. Let wel: dan moet bijna iedere wedstrijd helemaal uitverkocht zijn en dat is een zeer onrealistische verwachting. Het extra wrange is dat Feyenoord alleen in dat meest positieve scenario weet aan te haken bij Ajax en PSV. Dit soort cijfers zorgen voor weerstand tegen de plannen van Feyenoord City. Er worden onnodig gigantische risico’s gelopen door de voetbalclub en de gemeente, want met een failliete club zullen er ook geen huurinkomsten zijn.

Het stadion gaat namelijk 4412 euro per zitplaats kosten. Dat is een stuk meer dan vergelijkbare stadions en het ligt dan ook ver boven de prijs per zitplaats die de Europese voetbalbond als norm hanteert (maximaal 2900 euro). Het gaat dus een derde meer kosten dan de norm en dat komt door het volgende: Feyenoord City krijgt van geen enkele bank geld losgepeuterd en gaat dus geld lenen bij de bouwbedrijven die het stadion daadwerkelijk gaan bouwen. De aannemers en andere leveranciers die hiermee akkoord gaan worden door Feyenoord ‘gecompenseerd’ voor hun bijdrage aan de financiering. Zij krijgen dus een rente die hoger ligt dan gebruikelijk. Oftewel: het is voor de voetbalclub een dure manier van financieren.

Stadslog.nl