‘Ze laten onze lieve, mooie, lekkere, oude Kuip verslonzen’

Een kennis, oud-elektricien, keek een dag of tien geleden bezorgd naar mijn stoppenkast. ‘Dit gaat niet lang meer goed.’ Een dag later sloopte hij de boel en timmerde er een nieuwe installatie in. Mijn 108-jarige huis kan nog jaren vooruit.

Aan hem moest ik denken toen het zondag om me heen opeens donker werd in de Kuip. Had een oplettende kerel het licht van de Kuip voortijdig kunnen redden? Of ging het in het stadion niet om verouderd spul, zoals stadiondirecteur Jan van Merwijk eerst haastte te zeggen? Een dag later bleek alsnog dat het boeltje vervangen moest worden, waardoor toch sprake lijkt – ik herhaal lijkt – van achterstallig onderhoud.

Onlangs schreef ik hier dat het in de Kuip tegenwoordig een ‘teringzootje’ is. Mijn theorie: de bazen van het stadion kijken zo uit naar een nieuw stadion dat ze onze, lieve, mooie, lekkere, oude Kuip laten verslonzen. Want gewoon alle moeite niet meer waard.

Onzin, zeggen zij.

Ik zou willen geloven dat het zo was. Me laten overtuigen door bewijzen van liefde voor deze oude zoon van onze stad. Maar wat zondagavond na de lichtuitval op tv te zien was, maakte ongerust. Een krap rommelhok met een krappe elektriciteitskast, wat thermoskannen op een tafel en twee monteurs op hun buik. Nee, we zaten hier niet naar hoogwaardige technologie uit 2018 te kijken. In het Vaticaan gaan ze, schat ik, zorgvuldiger om met hun heilige gebouwen dan in onze voetbaltempel.

De dag na de crisis wilde een verslaggever van deze krant een kijkje nemen bij de meterkast, die zondag tienduizenden zo teleurstelde. Maar nee, ze was niet welkom. ‘Waarom eigenlijk niet?’ appte ik stadiondirecteur Van Merwijk later.

Zijn antwoord: ‘Omdat we druk bezig waren een oplossing in gang te zetten. Dan zitten wij er niet op te wachten om de media op sleeptouw te nemen.’

Goed zo. Geen woorden maar daden!

Nu gauw ook de rest van de Kuip opknappen, graag.

– Column Wessel Penning –

AD.nl